Misverstanden


In de afgelopen decennia zijn er allerlei geruchten en misverstanden over ooievaars ontstaan.

De bekendste is denk ik wel dat ooievaars alleen kikkers zouden eten. Maar dat is een fabel uit de ooievaarssprookjes. Ooievaars eten vooral regenwormen, kevers, grote loopkevers, insecten, mollen en muizen. En zeer zelden een kikker.

Ook wordt vaak beweerd dat je kan zien wat een mannetje of vrouwtjes ooievaar is. Van snavellengte, tot wie eerst op het nest komt, tot een grote of kleine ooievaar (nog even los van het feit hoe je dat op afstand kan zien of meten) al deze opmerkingen kunnen we laten voor wat het is en ook de eventuele 36 andere wijsheden. Er zijn namelijk geen uitwendige verschillen tussen een mannetje of vrouwtjes ooievaar.

Ook is het een misverstand om te denken dat alle ooievaars op trek gaan. De laatste decennia zien we ook hierin een verschuiving. Door de meer open winters zien ook ooievaars steeds meer kans om ook in de winter hun kostje op te scharrelen. En daarbij komt, doordat er op sommige plaatsen ooievaars worden gevoerd, deze er voor kiezen om ook in ons land te overwinteren. Van de totale populatie gaat globaal genomen 80% op trek, en dan veelal niet meer richting midden Afrika maar veel overwinteren bijvoorbeeld in Spanje. Dit betekend dat er dus ook altijd een ruime 500 exemplaren in Nederland overwinteren.



Terug naar boven